ZZS! - Zwols Schaakgenootschap ½ - 3½
Een gezellige Zwolsche strijd
Normaal gesproken is er om een wedstrijd van teams die bij elkaar uit de buurt een vorm van spanning en onderlinge twist. Want als om de plaatselijke eer wordt gestreden dan wil je wel de beste zijn. In de kwartfinale van de OSBO-cup hebben we een thuiswedstrijd geloot tegen de schaakvrienden van ZSG.
De andere teams in de kwartfinale komen uit Arnhem, Nijmegen, Wychen, Veenendaal en Wageningen; allemaal mooie plekken maar niet echt geweldig om daar doordeweeks te moeten schaken. Vorige avonturen in o.a. Wageningen en Beuningen laten zien dat je dan in ieder geval heel laat in Zwolle terug bent. Wij hebben thuis geloot en zijn daar blij mee. En onze tegenstander zal ook verguld zijn met de loting: op de fiets een uitwedstrijd in de OSBO-cup is een unicum en dan mogen ze ook nog eens aantreden tegen een van de zwakkere broeders in de kwartfinale. Vorig jaar bereikten we knap de finaledag en nu is dus de vraag en hoop of dat dit jaar weer lukt. Het is natuurlijk duidelijk dat we het zwakste team in de kwartfinale zijn, maar wellicht dat de stunt van vorig jaar herhaald kan worden. Aan elk bord zal felle strijd geleverd worden en als je op papier beter bent moet je het in de praktijk altijd nog laten zien.
De mede-Zwollenaren zijn op tijd aanwezig en er is een hartelijke begroeting. Twee van de vier spelers wonen inmiddels niet (meer) in Zwolle, bij ons geldt dat alleen voor Rick en die komt hopelijk ooit weer terug naar Zwolle. Door een speler word ik begroet met de woorden “leuk je weer te zien, oud-teamleider”. En nadat de jeugd uit de zaal is wordt deze snel omgebouwd en staan er vier tafels klaar waarop de strijd gestreden gaat worden. De ZSG-ers hebben er zin in, als iedereen op zijn plek zit komt de vraag “ga je nog speechen” en na een kort openingswoord wordt de strijd aangevangen. Brian heeft ervoor gezorgd dat wij wit op bord een hebben.
Na enkele minuten is de rust in de speelzaal volledig teruggekeerd. De andere partijen van de interne zijn allemaal begonnen. Het is een drukke schaakavond in De Pol. Weliswaar is De Pol niet de meest gezellige schaakomgeving maar het is al wel meerdere jaren ons vertrouwde thuishonk. ZSG schaakt in De Terp en daar doet De Pol voor sfeer en gezelligheid zeker niets voor onder. Naast de bekerwedstrijd zijn er 12 interne partijen. En dat betekent dat enkele partijen in de ontmoetingsruimte tegenover de bar gespeeld worden. Da’s blijkbaar aantrekkelijker dan de zaal helemaal vol stampen met tafel en borden.
Dan maar eens kort iets over de partijen. Tweemaal een gesloten stelling en tweemaal een open stelling kom ik na de opening tegen. Op bord één een Siciliaan die snel gesloten wordt en op bord drie ontstaat na de opening een lange pionnenslang van de c- tot g-lijn. Dar ga ik weinig van vinden omdat ik die stellingen nooit zo goed begrijp. Op bord 2 en 4 heerlijke open stellingen waarbij Rick op bord 4 al snel bezig is om de grenzen van gammelheid in zijn stelling op te zoeken op zoek naar verwikkelingen waar hij beter uitkomt.
Dan komt het middenspelgedeelte en omdat ik in mijn interne partij inmiddels een stuk heb verschalkt kan ik mijn aandacht richten op de bekerwedstrijd. Zoals altijd kijk ik niet alleen naar de stelling op het bord maar ook hoe iedereen er bij zit en wat ze gaan doen als ze een zet gespeeld hebben. Dat is altijd voer voor psychologen. Ik observeer en vraag me altijd af hoe ze met hun concentratie omgaan en met meevallers en teleurstellingen die ze op het bord tegenkomen. Vanuit die observatie een kleine analyse van mij die aangevuld kan worden door de spelers zelf en door psychologen.
 |
 |
Emile houdt zijn hoofd aan de bovenkant vast, blijkbaar heeft het hoofd geen ondersteuning nodig hetgeen verteld dat hij zeker is van zijn spel en van zijn stelling. Wel brengt hij daarmee zijn hoofd wat dichter bij het bord waardoor nauwer contact heeft met de stukken. Brian zijn hoofd heeft blijkbaar nog geen ondersteuning nodig. Zijn armen stralen ongeduld en aanvalslust uit, let maar op zijn gebalde rechtervuist. Nadat ze een zet hebben gedaan loopt Emile altijd bedachtzaam weg; blijkbaar checkt hij nog even in zijn hoofd of hij alles goed heeft opgeslagen. Brian staat snel op en kijkt vlot hoe het op de andere borden staat.

|

|
Wat opvalt is de eenhandige ondersteuning van het hoofd versus de tweehandige ondersteuning. Ik ben benieuwd welke techniek praktisch het beste werkt. Andries lijkt elke keer verzonken waarbij ik me dan afvraag of hij alleen nadenkt over de stelling of dat er in de tussentijd ook andere gedachten door zijn hoofd gaan. In ieder geval kijkt hij bij het nadenken af en toe om zich heen en na het voltooien van een zet staat hij na enkele seconden op. Jeroen laat de eenhandige ondersteuningstechniek zien. Opvallend is dat als hij een zet heeft gedaan dat hij dan minstens een seconde of tien a vijftien blijft zitten kijken naar de stelling alvorens op te staan. Ik ben natuurlijk benieuwd of hij dan zijn zonden overdenkt of dat hij checkt of hij alles goed heeft gezien en opgeslagen.

|

|
Qua houding achter het bord evenpolen. Beiden steunen op de tafel en hun hoofd heeft blijkbaar geen ondersteuning of hulp nodig. Enig verschil is dat Jan altijd een beetje voorovergebogen zit, en ik weet dat hij altijd op zoek is naar initiatief en aanval. Maar voor zover ik weet geldt dat ook voor René die vaak wat achteroverleunend de partij bekijkt, blijkbaar heeft hij wat meer afstand tot het bord nodig om optimaal te kunnen presteren. Beiden staan na het spelen van zet snel en luchtig op, ze hebben dus een relatief zorgeloze instelling en kijken na een tegenzet wel verder.

|

|
Rick gebruikt de gekruiste eenhandige ondersteuningstechniek, eentje die je weinig bij schakers ziet. Ferdinand houdt zijn handen vaak onder de tafel zodat je niet kunt zien wat hij daar precies mee doet; wat wel opvalt is dat hij ver vooroverbuigt om een vogelblik op de stelling te hebben. Een mooie overeenkomst tussen beiden is dat als ze een zet hebben gedaan dat ze snel opstaan om te gaan rondlopen waarbij ze telkens opstaan met een vorm van een genoegzame glimlach op het gezicht. Ze verklappen daarmee volgens mij dat ze volledig vertrouwen in eigen stelling hebben en glimlachen omdat hun opponent eerst maar eens alle stellingsproblemen en tactische trucs moet ontrafelen.
Dan toch nog maar wat schaaktechnisch over het verloop. Rick zijn stelling blijft wat gammel en Ferdinand krijgt twee verbonden vrijpionnen in het centrum die de partij beslissen (0-1).
Bij Emile volsta ik met de opmerking van hemzelf: “na de opening stond ik zeker niet slecht, maar de open b-lijn bleek belangrijker voor de afloop dan gedacht”. Deze lijn is voor Brian, hij valt binnen en na wat verwikkelingen wint hij een stuk en de partij (0-2).
Jan heeft op dat moment een eindspel dat iets gunstiger lijkt. René verdedigt dit goed en Jan komt er niet doorheen. Als Jan even forceert (dat klinkt beter dan ‘even niet oplet’) komt dit als een boemerang terug (0-3).
Andries heeft in het middenspel een kansrijk dame-offer gebracht. Jeroen vangt dat netjes volgens de regelen der kunst op en levert slecht een toren en paard hiervoor in. In het lastige manoeuvreergedoe daarna weet ik zeker dat beiden op enkele momenten gewonnen hebben gestaan. Andries wint nog een pionnetje en wellicht dat de vrijpionnen de doorslag geven, even later wint Jeroen een kwaliteit terug. Het eindspel van PL2pi vs Dpi wordt na lang heen en weer geschuif met veel tactische dreigingen uiteindelijk remise. Emile heeft inmiddels meer zetten genoteerd dan Jeroen zelf nadat beide schakers minder dan 5 minuten bedenktijd op de klok hebben (½-3½).
De stunt van vorig jaar herhalen lukt dus niet. Dit jaar bereikt Kasteel uit Wychen verrassend de finaledag door te stunten tegen UVS uit Nijmegen. ASV 1 en 2 (uit Arnhem) zijn beiden verrassend uitgeschakeld door Veenendaal en Wageningen. En de stadsderby werd een gezellige en leuke schaakavond, zeker voor de neutrale toeschouwer viel er genoeg te beleven op de borden. De mannen van ZSG gaan kijken of het weer eens lukt deze bokaal te bemachtigen. De laatste keren dat dat lukte was 1999 en 2000 (toen ZZS! nog niet bestond en ik meespeelde bij ZSG) en ca 2010. Wij hebben ze alvast veel succes gewenst op de finaledag!
K.S.
Zwolle-Zuid Schaakt! |
1932 |
Zwols Schaakgenootschap |
2055 |
½ - 3½ |
Emile Hoogterp |
1949 |
Brian Nijdam |
2007 |
0 – 1 |
Jeroen Auener |
1948 |
Andries Mellema |
2164 |
½ - ½ |
Jan Bongaerts |
1932 |
René in ’t Veld |
2021 |
0 – 1 |
Rick Wouda |
1900 |
Ferdinand Binnedijk |
2027 |
0 - 1 |
|